19e zondag door het jaar C (2013)

Het geloof van Abraham en Sara, van Isaak en Rebecca, van Jakob en Rachel, van onze aartsvaders en aartsmoeders, wordt ons als voorbeeld gegeven in dit jaar van het geloof. Wat gelooft u en waar gelooft u in? Wat betekent uw geloof en wat doet het geloof met U? Het geloof is een vaste grond van wat wij hopen, het overtuigt ons van de werkelijkheid van onzichtbare dingen. Dat lezen we in de brief aan de Hebreeën.

Ook in onze tijd zijn mensen bezig met geloof. Vier weken geleden heb ik nog gesproken over het Ietsisme, mensen geloven wel in iets, maar dat iets heeft geen persoonlijke trekken, dat iets is niet actief op ons betrokken, laat staan dat dat iets is als een Vader die bekommerd is om zijn kinderen. Dat iets is niet een Schepper die zegt: Ik ben met je, Ik zal er zijn.

Het wordt interessant wanneer je vraagt waarom mensen in iets geloven. Dan is het antwoord vaak dat er meer moet zijn dan wat wij kunnen zien, dat er méér is tussen hemel en aarde. Ik vroeg me af of die gedachte hetzelfde als de verwoede pogingen om leven in het heelal te vinden. Zonder God voelen we ons eenzaam op die kleine planeet in een uithoek van het heelal. Eenzaam en alleen. Leidt dat niet tot een wetenschappelijk 'geloven' dat er meer leven moet zijn in het heelal, meer bewustzijn, meer intelligentie. Zo sturen we plaquettes het heelal in met letters en symbolen, in de hoop dat andere intelligente wezens dit begrijpen en hopelijk contact met ons zoeken.

Waarom geloven mensen? Sommigen geloven omdat ze dat logisch vinden. Er zit meer logica in de veronderstelling dat er een Oorsprong is van alles, dan dat alles zomaar uit het niets is ontstaan. Er zit meer logica in de veronderstelling dat er vóór de Big Beng, voor de geboorte van dit heelal, een oorsprong en oorzaak te vinden is die de mogelijkheid in zich heeft om een heelal te doen ontstaan, dan te veronderstellen dat toeval ook invloed heeft op het niets, want daarmee maak je van het toeval een god. Er zit meer logica in de veronderstelling dat intelligente structuren en stabiele verhoudingen een basis hebben in een voorafgaande intelligente structuur en stabiel fundament, dan te veronderstellen dat dit alles het gevolg is van toeval. Geloof in Gods bestaan heeft voor veel mensen meer logica en redelijkheid in zich dan de veronderstelling dat God niet bestaat.

Sommige mensen geloven omdat ze geraakt zijn door de schoonheid van de schepping, door de kracht van de liefde, door het wonder van het leven, door de creativiteit van de natuur en door het bewustzijn van de menselijke geest.

Er zijn veel redenen en aanleidingen om te geloven. Maar met zoveel redenen en aanleidingen, kunnen er ook even zovele vormen van geloof ontstaan. Zelfs met dezelfde Bijbel, met dezelfde Jezus, met dezelfde sacramenten, kunnen er nog allerlei geloofsstromingen en kerken ontstaan. Dat ligt aan onze neiging om het aardse boven het hemelse te stellen, onze aardse belangen boven ons geloof, aards eten en drinken boven het hemels voedsel en macht in eigen hand boven geloofsgehoorzaamheid; het is onze neiging het geloof te (ver)vormen naar onze belangen. Dat is iets dat zich steeds opnieuw herhaalt.

Onze tijd heeft de neiging alles los te maken van elkaar. Geloof in Jezus los van geloof in de Kerk. Privé geloof, los van geloof de gemeenschap, geloofsgevoel los van het verstand, het instituut los van de geloofsbeleving, gezag los van hiërarchie, we maken alles los. Wetenschap los van religie, Kerk los van de samenleving. Dat zien we ook in de moraal; vruchtbaarheid los van seks, liefde los van hartstocht, economie los van verantwoordelijkheid, techniek los van ethiek, we maken alles los, ook in het huwelijk, het nu maken we los van de toekomst, het eigenbelang los van het gemeenschapsbelang.

Maar wanneer we alles losmaken, moeten we niet vreemd opkijken wanneer alles verandert in chaos en mensen gaan verlangen naar zekerheid. Het probleem is dat als we onze nieuwe generatie opvoeden in een geest waarin alles los is van alles, er angst ontstaat om dingen weer met elkaar te verbinden; angst om een langdurige relatie aan te gaan, angst om jezelf te geven, want jezelf, dat is toch alles wat je hebt. Zo wordt de nieuwe generatie een gevangene van onze neiging alles los te maken.

Ons geloof geeft eenheid en heelheid. We zijn gelovigen van het nieuwe Verbond, God verbindt zich aan ons en verplicht zich aan ons. Hemel en aarde zijn met elkaar verbonden, God en mens. De geschiedenis is één, vanuit het verleden door het heden naar de toekomst. Wij allen horen bij elkaar, leven en liefde, lichaam en geest, de onzichtbare werkelijkheid en de zichtbare werkelijkheid. Alles heeft met alles te maken. Ons geloof maakt de geest gezond, brengt mensen bij elkaar, overstijgt de verschillen, geeft kracht in onzekere tijden, ons geloof is verstandig en wijs, geeft ruimte aan logica en gevoel, aan schoonheid en kracht, aan studie en arbeid aan meditatie en inspiratie. Ons geloof heeft kracht gegeven aan filosofie en theologie, heeft mensen aangezet tot het oprichten van universiteiten, ziekenhuizen en sociale instellingen. Wat voor goeds vinden we in de wereld zonder inspiratie en motivatie door het geloof? Daar waar de aardse macht het in geloof en Kerk voor het zeggen kreeg, eindigde de wereld en de Kerk steevast in chaos. Daar waar gelovigen weer terugkeren naar het geloof in Christus, naar diepgang en naastenliefde, naar trouw en eenheid, wordt de chaos weer overwonnen.

Een lofzang op ons geloof in het jaar van het geloof. Amen.