Evangelieprikje 2015

Ik sta elke dag op met een kater, niet omdat ik dronken geweest ben, wel omdat ik een mannelijke kat in huis heb. Mensen die met een kater opstaan omdat ze dronken zijn of om enige andere reden, moeten middeltjes zoeken om er weer bovenop te komen. Er bestaan waarschijnlijk wel honderden middeltjes tegen zo'n kater, maar er zijn mensen die er bij zweren dat je je moet genezen met wat je ziek gemaakt heeft. Ben je dus dronken van pilsjes te drinken, dan drink je weer pilsjes om de kater te verdrijven. Mijn gebrek aan ervaring laat me niet toe me uit te spreken over de doeltreffendheid van deze methode, ik weet alleen dat ze bestaat. En ik merk dat in het evangelie van vandaag naar een soortgelijke "genezing" verwezen wordt: wat je ziek maakt kan je redden. Ik heb het dan over de koperen slang van Mozes. Het verhaal is gekend: omdat het volk te veel mort, stuurt God giftige slangen. Terzelfdertijd biedt Hij ook genezing aan: wie gebeten is maar opkijkt naar die slang die Mozes omhoog steekt, geneest weer. De slang staat hier dan symbool voor het kwade dat aan de schandpaal gebracht wordt. Door je fouten openlijk te zien, kan je tot genezing komen. Kunnen we dit eigenaardige verhaal nog begrijpen, we hebben het allicht moeilijker met de vergelijking die de evangelist Johannes Jezus vandaag in de mond legt. Jezus vergelijkt zijn kruis met die koperen slang. Staat Jezus dan ook symbool voor het kwaad? Ik denk het niet, maar als Jezus aan het kruis sterft, geloven we wel dat Hij daar de zonden van de mensheid op zich neemt. Theologisch heet dat dan dat Jezus gestorven is voor onze zonden. Je eigen zonden inzien en geloven dat Jezus daarvoor gestorven is, kan je misschien genezen van zonde en een beter mens van je maken. 

Mooie theologie, maar wat doet een mens er mee? Dat zal misschien duidelijk worden als we terugkeren naar het verhaal en de symboliek er van. Zijn wij bijvoorbeeld niet net als Nikodemus soms op zoek naar licht om onze duisternis te verlichten? Ik denk het wel, en als we onszelf gelovig noemen zullen we dat licht bij God zoeken. Wat is dat licht? Wat stelt God tegenover de duisternis van ons menselijk bestaan? Heel eenvoudig, maar groots: liefde. Liefde die zo ver gaat dat Hij Zijn zoon opoffert voor ons. Ik weet het, sommige vinden dat geen vaderliefde en daar kan inderdaad over gediscussieerd worden. Maar wat gebeurt er? Vroeger brachten de mensen offers aan de goden, nu brengt God als het ware een offer aan de mens waardoor het voor eens en voor altijd "in orde" is. De wereld op zijn kop dus. Maar dat is natuurlijk maar één voorbeeld van Gods liefde. Jezus vertelt ook nog iets anders.

Jezus is niet gekomen om de wereld te veroordelen, maar om te redden. Hadden we in het eerste testament nog een god die volgens de profeten wraak wou nemen, dan zet Jezus hier de puntjes op de i, de i in liefde. God is er niet op uit ons te veroordelen. We kunnen deze zin in onze kerk niet genoeg herhalen, maar ook in ons eigen leven mag ze een bijzonder plaatsje krijgen. Ik denk dat iedereen moet toegeven dat ze ooit wel eens iemand beoordeeld en misschien wel veroordeeld hebben. De geschiedenis en de kranten staan er vol van. De enige die misschien recht van spreken heeft, laat nu weten dat Hij aan dat spelletje niet meedoet. Als dat geen goed nieuws is. Niet om te veroordelen, maar om te redden. Redden? Van wat? Van IS? Van een verknechtende godsdienst? Of ... wil God ons redden uit de greep van de liefdeloosheid en alles wat dodend is? Moet onze Westerse wereld niet dringend gered worden uit de greep van onverschilligheid en egocentrisme? Leven wij nog als medemensen, als broeders en zusters van elkaar, kinderen van éénzelfde Vader? Damiaanactie zegt al jaren dat onverschilligheid doodt. Ze menen dat letterlijk, ik denk dat het ook figuurlijk waar is. Wie totaal onverschillig wordt en zich terugtrekt in zijn eigen cocoon, leeft niet meer, wat men ook moge beweren. Ondanks de vele teleurstellingen die mensen je zomaar geven in het leven, mag je nooit opgeven om te proberen samen te leven met anderen. Al van bij de schepping horen we dat de mens het niet tof vindt in zijn eentje, hij heeft een metgezel nodig. Die metgezel wordt pas een echte metgezel als er sprake is van liefde, naastenliefde.

Het is die liefde die Jezus in de wereld is komen brengen. Blijkbaar waren er toen al mensen die liever in de duisternis van onverschilligheid en liefdeloosheid leefden, het is vandaag niet anders. Het is heel verleidelijk om een oordeel te hebben over deze mensen, maar ook wij zijn niet op de wereld gezet om te oordelen of te veroordelen. We kunnen alleen proberen het licht van Jezus dat ook in ons hart wil ontvlammen te laten schijnen in onze soms koude en kille samenleving. En als we het even niet zien zitten, dan mogen we opkijken naar het kruis: liefde wordt niet altijd begrepen, maar we mogen er zeker van zijn dat Gods uiteindelijke antwoord liefde zal zijn. Dat mogen we straks met Pasen vieren.