Ga open! (2009)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 554 niet laden

De genezing van een man die doof was en moeilijk sprak. Dit verhaal roept bij mij 2 verschillende beelden op: beelden van mensen die letterlijk en lichamelijk doof zijn of moeilijk tot niet kunnen spreken en beelden van mensen die monddood gemaakt worden, die niet mogen horen en zien wat er aan onrecht gebeurt en al zeker niet daarover aan de buitenwacht vertellen. Beide beelden komen we in het dagelijks leven telkens tegen. Bijvoorbeeld.

1. Regelmatig gebeurt het dat mensen door een hersenbloeding getroffen, moeilijk tot niet kunnen spreken. Met heel veel woorden in hun hoofd, lukt het niet om deze om te zetten in verstaanbare klanken. Het roept veel frustratie op bij de getroffen persoon, die zich onbegrepen voelt en niet weet hoe aan de ander duidelijk te maken wat hij echt bedoelt. En evenzeer de machteloosheid van de ander die zo graag de ander goed wil verstaan en begrijpen. Echte communicatie is dan een hele opgave en vraagt veel geduld van alle partijen.

 

2. Afgelopen week was er op het journaal een gruwelijk beeld, dat nog lang op mijn netvlies zal blijven: tijdens de verkiezingen in Afghanistan was een man die wilde gaan stemmen door mensen van de Taliban mishandeld; zijn neus en zijn oren waren afgesneden. Hij zag er gruwelijk uit.

En hij was niet de enige, aldus de arts in het ziekenhuis. Blijkbaar mag niet iedereen in Afghanistan gehoord worden....

Op posters van Amnesty International zie je soms foto's van mensen met een pleister op de mond. Op die pleisters staan teksten als: ‘jij hebt hier niets te vertellen' of ‘als jij je mond open doet, dan zwaait er wat' of ‘over dit geheim mag je met niemand praten'. Wij kunnen ons nauwelijks voorstellen wat dat betekent: als je niet vrij bent om te zeggen wat je wilt, als je het onrecht om je heen niet mag aanklagen of (zoals wij heel gewoon vinden) als je bij verkiezingen dus niet mag uitkomen voor je eigen mening. En toch overkomt het duizenden mensen en horen we het van de vele vluchtelingen die het gelukt is te ontsnappen uit die beknellende situatie. En die snakken naar mensen die hun verhaal willen horen, die hen echt willen verstaan en begrijpen.

 

In het evangelie ontmoet Jezus een man een doof was en moeilijk sprak en ze drongen er bij Hem op aan hem de hand op te leggen. Opvallend dat Marcus schrijft: ‘ze drongen er op aan hem de hand op te leggen' en niet ‘ze drongen er op aan hem te genezen'. Voor de evangelist is het belangrijkste dat Jezus doet, dat hij de mensen aanziet, dat hij hen aanraakt en serieus neemt zoals ze zijn. Jezus neemt de tijd voor hem en zegt: ‘ga open'. Hij neemt hem zelfs apart en maakt heel lijfelijk contact met hem. Dat alleen al is weldadig.... Dat geeft mensen weer vertrouwen in zichzelf en in hun omgeving.

Jezus is er niet op uit om zichzelf in het middelpunt van de belangstelling te zetten. Integendeel, hij wil vooral laten zien en ervaren dat God - zijn Vader - met mensen begaan is. en dat kun je alleen voelen in stilte en afzondering en daarom neemt hij de dove man apart en opent zijn oren door te bidden: ‘ga open'. Met andere woorden: het is uiteindelijk God die aan die mens het gehoor schenkt. Wie heeft verstaan hoe rakelings nabij die ongekende God ons komt in de woorden en daden van Jezus, die zal daar ook zelf in woorden en daden getuige van worden. dat horen wij in de stem van de menigte: ‘alles heeft Hij welgedaan'. Zelfs een verbod van Jezus hierover te spreken, kan hen niet weerhouden....

 

Marcus heeft dit gebeuren gezien als een concrete uitwerking van de profetie van Jesaja: het visioen van de Messiaanse tijd; de tijd dat Gods bedoeling met de wereld echt werkelijkheid zal worden voor iedereen: niemand meer radeloos, niemand meer blind of doof; kreupelen dansen en de stomme zal juichen. Water welt op in de woestijn, de dorstige grond een waterrijke fontein.

 

Marcus heeft zijn lezers dit bemoedigende verhaal niet willen onthouden. Anderen hebben het later doorgegeven, omdat ook zij het de moeite waard vonden. En ook nu nog worden mensen geïnspireerd door deze verhalen tot daden die mensen minder radeloos maken, die blinden de ogen openen en doven gehoor geven.

Gelukkig vindt Jezus ook vandaag mensen die hem verstaan, mensen die hardnekkig vasthouden aan dat visioen van Jesaja van een betere wereld waarin alles en iedereen tot zijn recht komt.

Ook vandaag de dag zijn ze te vinden: mensen die de ogen van de blinden openen. Ze leren mensen hun eigen situatie beoordelen.

Ook vandaag de dag zijn er mensen die de tong van de stomme weer losmaken. Ze leren vluchtelingen de taal spreken van het gastland en helpen kleine mensen hun recht te halen.

Altijd zullen er mensen zijn die geloven dat er in de woestijn rivieren zullen ontspringen en dat droogte en honger niet het laatste woord hebben.

Altijd zullen er mensen zijn die geloven dat wij zelf verantwoordelijk zijn voor de schepping en dat onze hebzucht ten koste gaat van welzijn van anderen elders op de wereld.

Altijd zullen er mensen zijn die geloven dat eens de vrede zo groot zal zijn als de wereld.

Als die mensen spreken, wordt hun dat niet altijd in dank afgenomen. Maar het is wel volgens het evangelie. Zij zien, horen en spreken zoals God het wil.

(Naar tekst van Kees Pannekoek: ‘Dit uur op de berg', blz.122)

 

Laten we bidden dat hun nooit het zwijgen zal worden opgelegd.

Amen.