Recht van spreken (2006)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 198 niet laden

DUITS VOETBAL-ADVIES


Tijdens de wereldkampioenschappen ving ik een heftige woordenwisseling op. Voor een huis dat uitbundig met oranje vlaggetjes was versierd stonden twee mannen met heftige gebaren in te praten op een Duitser. Deze had gemeend het Nederlandse elftal enkele adviezen te moeten geven. Dat kon je als Duitser kennelijk niet doen. Een Belg misschien..., maar een Duitser: niet nu!

ONRUSTSTOKER

Dik tweeëneenhalfduizend jaar geleden was er in Betel - in Israël - een buitenlander neergestreken. Een zekere Amos. Hij begon in het pelgrimsoord luidkeels zijn visie op God en de wereld te verkondigen. Hij ergerde zich aan de bedevaartgangers, al die sjieke dames en schijnheilige heren.
Het probleem was dat Amos uit het rivaliserende Juda kwam. Wat moet deze botte boer uit het zuiden, hier het religieus feestje komen verpesten?

BEDEVAART

De baas van het bedevaartsoord heeft het enige tijd aangezien. Amos maakte in elk geval een eerlijke indruk. Hij meende wat hij zei. Zijn verontwaardiging was heilig. Maar er kwamen klachten binnen. Amos had ook politieke uitspraken gedaan. Hij had kritiek gehad op de koning. De rijke kwezels die kwamen bidden vergeleek hij met vetgemeste koeien. De mannen beschuldigde hij ervan dat ze wel vette offers kwamen brengen maar thuis de lonen van hun arbeiders niet fatsoenlijk te hebben uitbetaald. Hij spotte met hun getokkel en vals gezang. Zulke kritiek op de stoep van het heiligdom kon Amasja tenslotte niet toestaan. Hij sprak Amos aan: ‘Maak dat je wegkomt. Ga naar je eigen land om je brood als profeet te verdienen. Hier ben je ongewenst!’

SPREEKVERBOD

Amos kreeg een spreekverbod. Zoals zoveel mensen in de geschiedenis die de waarheid spraken. Amos is boos. Hij was er niet op uit om geld te verdienen. Hij was ook geen gediplomeerde profeet. Hij heeft met de koning niets te maken. Hij was een gelovige boer. Hij had wat vee en vijgen. Diep in zijn hart voelde hij zich geroepen om het onrecht aan te klagen. Het heeft pas zin om tot God te bidden als je er eerst voor gezorgd hebt dat er gerechtigheid heerst.

ZONDER EIGENBELANG

Dat maakt Amos zo sterk. Hij dient niet zijn eigen belang. Hij heeft de moed van een leeuw, van een moeder die opkomt voor haar kind, van iemand die diep gelooft dat God woont in recht-voor-iedereen.
Zulke mensen heeft God nodig. Mensen die niet hun eigen belang zoeken, maar die oprecht bekommerd zijn om de wereld van God.
Jezus stuurt zijn boodschappers op pad. Twee en twee en met zo min mogelijk bagage. Hij geeft ze geen wetboeken mee, geen bijbels, geen brochures, geen manifesten, geen gloria’s en geen credo’s. In hun hart brandt de overtuiging dat God liefde is en dat die liefde er is voor iedereen, en dat je iedereen de plek moet geven die voor jezelf verlangt. Mensen als u en ik stuurt hij op pad met dit ene gebed op de lippen: Uw koninkrijk kome...!

BAGAGE-DRAAGSTER

Lieve kinderen.
Mandy pakte haar rugzak in, want ze ging op reis met de pony-club. Ze zouden eerst met de bus gaan. Mandy moest proberen dat ze naast Claire mocht zitten en bij Roos in de buurt. Dan gingen ze een tocht te paard maken door het bos. Onderweg was er een grote picknick. Dan reden ze nog naar een park met een grote wildwaterbaan. En dan per pony naar de bus terug.
Het rugzakje van Mandy zat helemaal vol. Een fles cola zat erin en een yogurt-drank. Twee zakjes met broodjes en een reep chocola. Melk met nootjes en rozijntjes. Tussen de flessen zat de knuffel gekneld. Mamma had op de bodem nog schoon ondergoed gelegd, want ‘je kon nooit weten’, had ze dreigend gezegd. Er zat ook nog een computerspelletje in voor in de bus. En een plastic regenjas. ‘Lichtgewicht, dat kan er wel bij.’ Toen was de rugzak helemaal bomvol en ze moest nog haar laarsjes en de toiletspulletjes want ze wilde met Claire de lippenstift uitproberen. Dan lagen er nog worstjes, kauwgummetjes, zonnebrandolie en een hoedje tegen de zon. Mandy pakte een plastic zak en propte die ook vol. Bij de deur keek mamma omhoog. Ze zag een paar donkere wolken. ‘Toe, neem voor de zekerheid de paraplu ook mee.’ ‘Och, zou ik het belangrijkste bijna vergeten.’ Mandy stormde naar boven en kwam terug met haar MP3 speler, koptelefoon en reserve baterijen. Ze deed ze in een extra plastic tas. Toen ze wegliep riep haar broertje: ‘Benieuwd of je alles weer terugbrengt!’
Het was erg gezellig in de bus. Mandy en Claire hadden veel gelachen. Ze hadden allebei een oortje van de MP3-speler in gedaan en met het andere oor geluisterd naar de andere kinderen. Toen stopte de bus. Mandy pakte haar spullen bij elkaar en liep met rugzak, plastic tassen en paraplu naar buiten. ‘Ho ho’, had Hub gezegd. ‘Zo gaan wij niet verder. Zet die koptelefoon maar af en laat die paraplu maar in de bus. Die yoghurt heb je niet nodig. Die regenjas en die laarsjes ook niet, de toilettas laat je maar in de bus. Dat computerspelletjes ook. Neem alleen die reep chocola maar mee, dan heb je iets om uit te delen!’ Mandy liet alles in de bus. Heerlijk! Wat was het heerlijk om te lopen en te rijden en te rennen en in de wildwaterbaan te zitten als je niks hoeft te dragen. Ze ging ervan huppelen en de pony was er ook blij mee!