Als ik me niet openstel, kan zelfs God niets doen (2009)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 538 niet laden

Vaker in het evangelie horen we verhalen over Jezus, waar mensen verbaasd over hem staan, over zijn wijsheid en over zijn macht. Zo ook vandaag. Alleen vindt in het verhaal van vandaag een ommekeer plaats. Het eindigt namelijk precies andersom: Jezus was verbaasd over hun gebrek aan vertrouwen.

Wat is hier aan de hand? Want het ging toch zo goed. Jezus trok rond in de dorpen en steden van Galilea, dat grensgebied tussen Joods en heidens land, en de afgelopen zondagen hoorden we hoe succesvol en indrukwekkend dit was. Hij bedwong de storm op het meer, en hij genas de vrouw na twaalf jaar ziekte en een meisje van twaalf jaar bracht hij weer tot leven. Anders gezegd, alle grenzen vielen weg: tussen jood en heiden in de streek van Galilea, tussen man en vrouw, tussen ziek en gezond, rein en onrein, ja, zelfs tussen leven en dood.

En nu staat Jezus ineens machteloos. Voor alle duidelijkheid wordt er nog bij gezegd dat Jezus wel een paar zieken geneest. Het is dus niet zo dat Gods kracht niet meer met hem is, maar het ligt dus aan het gebrek aan vertrouwen van de anderen.

Als verklaring gebruikt Jezus een spreekwoord: Een profeet wordt overal geëerd, behalve in zijn eigen vaderstad, bij zijn eigen familie en in zijn eigen huis. Wie het Marcusevangelie helemaal leest, herkent wat Jezus zegt over zijn familie, want al twee keer eerder in het evangelie is de familie van Jezus op het toneel verschenen, en twee keer waren zij niet zijn vanzelfsprekende volgelingen. Integendeel, de eerste keer wordt zelfs uitdrukkelijk gezegd dat zij hem wilden stoppen om het koninkrijk van God te verkondigen omdat - het staat er echt letterlijk - ze denken dat hij gek geworden is.

En de tweede keer als Jezus verteld wordt dat zijn familie op hem staat te wachten, dan zegt hij: 'Mijn moeder, en mijn zus en mijn broer zijn zij die de wil van God doen.'

En nu is Jezus gekomen in zijn eigen vaderstad, de plek waar hij is opgegroeid. De naam van de plaats wordt niet genoemd. Iedereen weet dat Jezus uit Nazaret komt, en toch wordt die plaats niet bij name genoemd. Kennelijk kunnen we ook andere plaatsen en omstandigheden bedenken waar hetzelfde voor geldt.

En daarmee komen we natuurlijk ook bij onszelf. Zou het ook voor ons kunnen gelden? Voor Osdorp, of voor onze Lucasparochie, of voor mijn familie en vriendenkring, ja, voor mijzelf? Sta ik wel open voor de boodschap van Jezus, of denk ik die al te kennen, heb ik mijn eigen invulling al gevonden, en ben ik daarom - misschien zelfs onbewust - niet meer bereid om te luisteren, met nieuwe oren?

Laten we het maar proberen. Wat Jezus precies heeft gezegd in de synagoge van Nazaret, dat horen we niet, maar gezien het hele evangelie mogen we wel minstens een vermoeden krijgen. Kan het iets anders zijn geweest dan: 'Keer je om, Gods koninkrijk is nabij, zet je daarvoor in.' Welnu, de proef op de som: durf ik te geloven dat God samen met mij, met ons wil bouwen aan een nieuw en beter Osdorp, aan een nieuwe familie, dichtbij en wereldwijd, dat God mij en ons nodig heeft voor de komst van zijn koninkrijk? Of blijf ik vastzitten in oude zekerheden en structuren, in de overtuiging dat het toch nooit anders wordt tussen mannen en vrouwen, dat er voor mij toch geen plek is, vastzitten in mijn angst dat de moslims helemaal geen goede buren willen zijn, maar alleen maar hier de baas willen worden. Geloof ik dat wij christenen Gods volk zijn, en keren we daarom in onszelf, of zeggen we: Wij hebben een geweldige hoopvolle boodschap van God gekregen, en laten we - met elkaar! - eens kijken hoe we die in ons dagelijks leven in praktijk kunnen brengen.

Nog anders gezegd: is mijn hart open of gesloten? Durf ik mijn hart te openen, of trek ik me terug, sluit ik me af voor verandering, want die is voor iedereen, ook voor mij, altijd ook minstens een beetje eng. Sluit ik mijn hart, of ben ik bereid om - in vertrouwen op God, in geloof - te luisteren naar wat deze God wil zeggen, naar de boodschap van Jezus, dat het nú in mijn leven anders kan: beter, mooier, liefdevoller, geloviger, leuker, spannender, met meer lef, gelukkiger?

Volgens mij is de boodschap van het evangelie vandaag niet dat wij niet deugen, of dat we op onze donder krijgen omdat we niet genoeg geloof hebben. Wel laat Jezus ons zien dat er nog een wereld voor ons open ligt, vol kansen.

Om af te sluiten ga ik één voorbeeld geven van mensen uit onze parochie die het vorig jaar hebben aangedurfd om met veel lef een nieuwe weg in te slaan, en die vandaag, na deze viering, weer een nieuwe start willen gaan maken. Ik heb het over de jongeren met hun DiaconAction-project.
Vorig jaar kregen zij lof toegezwaaid omdat ze het zichzelf niet gemakkelijk hadden gemaakt maar zich met een ambitieus plan durfden in te zetten voor mensen in hun eigen buurt. Ze weten zelf waarschijnlijk nog heel goed hoe moeizaam het in de voorbereiding soms ging, maar hopelijk ook nog hoe fantastisch leuk de middag in het Leo Polakhuis was, en vooral hoop ik dat ze hebben onthouden hoe geraakt een paar van de ouderen waren dat zij als jongeren de moeite namen om iets voor hen te doen, en hoe daardoor de grenzen - in dit geval tussen jong en oud - wegvielen en iedereen genoot.

Dat is volgens mij de boodschap van vandaag: Als u en ik er niet in geloven, staat zelfs God machteloos, maar als wij ons met vertrouwen durven openstellen, kunnen en zullen er grote dingen gebeuren.